55_2020-2021/48 - Wijziging van artikel 47bis van het Wetboek van Strafvordering

Auteur: Frank Van Vlaenderen

Advocaat

Ik herneem mijn verzoekschrift van 23 mei 2019 in deze materie.

Ik stel vast dat het Wetboek van Strafvordering, meer in het bijzonder artikel 47 bis, geen bijzondere bescherming voorziet voor personen onder bewind[1] bij hun verhoor als verdachte of getuige.

Voor minderjarige personen is een bijzondere regeling uitgewerkt in artikel 47bis. §3. 2°, lid van de Wetboek van Strafvordering, te weten dat een verhoor pas kan plaatsvinden na vertrouwelijk overleg tussen de minderjarige persoon en een advocaat.

Om de rechten te beschermen van de persoon onder bewind, een kwetsbaar meerderjarig persoon, mag ik u vragen aan de leden van het parlement te verzoeken unaniem het initiatief te nemen om – zoals voor minderjarigen – wettelijk te bepalen dat: 

§ 3. …

 Indien het in het eerste lid bedoelde verhoor een beschermde meerderjarige die zich zonder advocaat aanmeldt voor verhoor, kan het verhoor pas plaatsvinden na een vertrouwelijk overleg tussen de beschermde meerderjarige en een advocaat, dit ofwel in een lokaal van de politie ofwel telefonisch. Teneinde de door hem gekozen advocaat of een andere advocaat te contacteren en door deze bijgestaan te worden tijdens het verhoor, wordt contact opgenomen met de permanentie-dienst die wordt georganiseerd door de Orde van Vlaamse balies en de "Ordre des barreaux francophones et germanophone", of bij gebrek hieraan door de stafhouder van de Orde of zijn gemachtigde.

…

  Indien het in het derde lid bedoelde verhoor een beschermde meerderjarige betreft, kan het verhoor pas plaatsvinden na een vertrouwelijk overleg tussen de beschermde meerderjarige en een advocaat, dit ofwel in een lokaal van de politie ofwel telefonisch. Teneinde de door hem gekozen advocaat of een andere advocaat te contacteren en door deze bijgestaan te worden tijdens het verhoor, wordt contact opgenomen met de permanentiedienst die wordt georganiseerd door de Orde van Vlaamse balies en de "Ordre des barreaux francophones et germanophone", of bij gebrek hieraan door de stafhouder van de Orde of zijn gemachtigde. Indien de advocaat in akkoord met de beschermde meerderjarige hierom verzoekt, wordt het verhoor eenmaal uitgesteld zodanig dat de beschermde meerderjarige een advocaat kan raadplegen en door deze bijgestaan kan worden tijdens het verhoor.

 Al de in deze paragraaf vermelde elementen worden nauwkeurig opgenomen in een proces-verbaal.”[2]

Ik verwijs voor de ondersteuning van mijn verzoek onder meer naar het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap van 13 december 2006, geratificeerd door België op 02 juli 2009 en de EU in 2011.

[1] artikel 494 e.v. B.W.

[2] https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/change_lg.pl?language=nl&la=N&cn=1808111730&table_name=wet