55_2020-2021/19 - Auteursrechten: invoering van een identificatiemechanisme van onbekende exploitatienormen
Pétitions
Veranderingen op "55_2020-2021/19 - Auteursrechten: invoering van een identificatiemechanisme van onbekende exploitatienormen"
Beschrijving (Nederlands)
-Aan de Kamer wordt gevraagd om een instrument op te richten dat nieuwe technologieën en andere innovatieve technieken als onbekende exploitatienormen identificeert.- +Wij verzoeken de Kamer van Volksvertegenwoordigers en de bevoegde parlementaire commissie om de wet van het Belgisch Wetboek van Economische Wetgeving, vervat in artikel XI.167 § 1 alinea 5, aan te vullen met een mechanisme zoals de oprichting van een commissie bestaande uit belanghebbenden uit verschillende sectoren die jaarlijks bijeenkomen om te bepalen welke nieuwe technologieën en andere innoverende technieken als nieuwe, onbekende vormen van exploitatie of als onvoorspelbare modi beschouwd kunnen worden.
- +
- +Zoals het wordt gedaan in het kader van het Koninklijk besluit van 18 oktober 2013 betreffende de analyse van de Belgische markt voor privé-kopieën door een commissie.
- +
- +In België is de realisatie van de overdracht van auteursrechten voor onbekende vormen van exploitatie in principe verboden. Behalve in het geval van een nieuwe overeenkomst met de auteur en een aandeel in de winst die wordt gegenereerd in overeenstemming met artikel van CER XI. 167 § 1 alinea 5.
- +
- +De onbekende vorm van exploitatie is een exploitatietechniek of -proces dat bij het sluiten van het contract onbekend was bij het algemene publiek.
- +
- +De meeste nieuwe technologieën zijn echter erkend als onbekende vormen van exploitatie en werden het in spraakmakende rechtszaken. Geen van hen is op een baanbrekende manier door de wetgever erkend. Dat komt door het feit dat er nog geen mechanisme ingesteld is om te bepalen welke technologieën of technieken vatbaar zijn om als zodanig erkend te worden.
- +
- +De vraag rijst wanneer we het principe van bepaalde soorten kunstmatige intelligentie benaderen die onze werken exploiteren (en morgen nog meer zullen exploiteren), als het geen nieuwe vormen van exploitatie zijn met het oog op hun innovatieve processen.
- +
- +Zonder de instelling van een mechanisme creëert deze wet rechtsonzekerheid. Er zijn inderdaad veel obstakels die de toepassing van deze verordening in de weg staan. De eerste is de wet zelf. Het is moeilijk om te zien hoe het toegepast zou kunnen worden zonder het vakje "rechtbank" voor de auteur te doorlopen.
- +
- +Dit ontmoedigt veel burgers om actie te ondernemen. Of het nu gaat om werknemers, consultants, schrijvers, journalisten... ze worden willekeurig beroofd van hun rechten op hun intellectuele eigendom.
- +
- +Nochtans, als men verwijst naar de artikelen 17 en 27 van de mensenrechten code, rijst de vraag of deze verordening zonder dit mechanisme niet in strijd is met deze artikelen. Artikel 17, alinea 2, benadrukt: "Niemand mag willekeurig van zijn eigendom worden beroofd". Artikel 27 keert terug naar het recht van eenieder "Om te profiteren van de bescherming van de morele en materiële belangen die voortvloeien uit elke wetenschappelijke, literaire of artistieke productie waarvan hij de auteur is".
- +
- +Binnenkort zal Europa een nieuwe regelgeving hebben op het gebied van kunstmatige intelligentie, maar zal het in staat zijn om ons auteursrecht te behouden? Wij hebben onze twijfels, aangezien de Europese wetgever, zoals vaak het geval is, deze verordening niet tot een absoluut recht zal willen maken dat de lidstaten overstijgt. In dit geval schijnt het artikel van CRC XI. 167 § 1 alinea 5 onvolledig te zijn om de rechten van eenieder te beschermen om te profiteren van de bescherming van zijn rechten op zijn intellectuele eigendom wanneer deze op nieuwe en onbekende manieren worden geëxploiteerd.
- +
- +Daarvoor vragen wij de Kamer van vertegenwoordigers en de bevoegde parlementaire commissie om een besluit te nemen over de instelling van een mechanisme om onbekende vormen van exploitatie vast te stellen.
- +
- +Indien het Commissie dit wenst, zijn wij bereid om het nut van een mechanisme ter aanvulling van artikel 167 § 1, alinea 5, van de CRC XI toe te lichten.
- +