55_2021-2022/66 - Voorstel tot aanvulling van art. 4, 1ste lid, 4° van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen
Pétitions
U kan deze petitie niet steunen.
55_2021-2022/66 - Voorstel tot aanvulling van art. 4, 1ste lid, 4° van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen
Auteur: Jozef Feyaerts
Mag ik u hierbij volgend verzoekschrift voorleggen met het voorstel tot aanvulling van art. 4, 1ste lid, 4° van de Wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen.
1. Voorgestelde aanvulling:
In artikel 4, 1ste lid van de Wet van 22.03.2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen, laatst gewijzigd bij Wet van 27.01.2017, wordt punt 4° aangevuld met een bepaling luidend als volgt:
“(…) of de genieters van het statuut van tijdelijk ontheemde bedoeld in artikel 57/29 van voormelde wet. ”
2. Verantwoording:
Ingevolge de massale toestroom in de Europese Unie van ontheemde personen die Oekraïne hebben moeten verlaten als gevolg van een gewapend conflict, heeft de Europese Raad via haar uitvoeringsbesluit 2022/382 van 04.03.2022 de invoering van een tijdelijke beschermingsstatus voor deze personen geactiveerd.
Deze beschermingsstatus heeft tot gevolg dat Oekraïense staatsburgers die in België, in toepassing van artikel 57/29 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, het statuut van tijdelijk ontheemde verwerven, gerechtigd worden tot een equivalent leefloon dat door het OCMW dient uitbetaald te worden.
Op basis van dit statuut krijgt een tijdelijk ontheemde eveneens recht op toegang tot de arbeidsmarkt.
Bedoeling is immers dat een tijdelijk ontheemde na verloop van tijd zijn weg naar de arbeidsmarkt vindt om, zolang diens status geldt, zo snel mogelijk in eigen inkomsten te voorzien en niet langer ten laste te zijn van het OCMW en de gemeenschap.
Het hoeft geen verder betoog dat de opvolging en begeleiding van deze grote toestroom van ontheemde personen een enorme extra werkdruk en financiële last legt op de OCMW’s.
Een klein deel van deze groep Oekraïense tijdelijk ontheemden bestaat echter uit ouderen die de pensioengerechtigde leeftijd, vermeld in artikel 3 van de Wet van 22.03.2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen (IGO), hebben bereikt.
Deze groep komt met andere woorden niet meer in aanmerking voor activering door een OCMW om ingeschakeld te worden op de arbeidsmarkt.
Het komt dan ook gepast voor om, via de hoger beschreven aanvulling van artikel 4, 1ste lid, 4° van de Wet van 22.03.2001 tot instelling van een IGO, net zoals dit recht reeds eerder werd verleend aan pensioengerechtigde vluchtelingen en genieters van een subsidiaire beschermingsstatus, ook aan tijdelijk ontheemden die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt en over geen of onvoldoende eigen inkomsten genieten alsnog het recht op IGO toe te kennen.
Op deze manier worden de OCMW’s, wat betreft deze groep tijdelijk ontheemden, qua werk- en financiële druk aanzienlijk ontlast, en verkrijgen deze pensioengerechtigde tijdelijk ontheemden een inkomen waarmee zij onmiddellijk zelfstandig in de eigen woon- en levensbehoeften kunnen voorzien zolang zij deze status genieten.
Dit initiatief is beantwoord:
Tijdens haar vergadering van 7 juni 2022 heeft de commissie voor de Verzoekschriften deze petitie overgezonden aan de commissie voor Sociale Zaken, Werk en Pensioenen en aan de minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie, belast met Personen met een handicap, Armoedebestrijding en Beliris.
Deze petitie is vervallen als gevolg van de ontbinding van de Kamer op 8 mei 2024.
Antwoord van de minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie, belast met Personen met een handicap, Armoedebestrijding en Beliris:
Het verzoekschrift betreft een voorstel tot aanvulling van art. 4, 1ste lid, 4° van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen. Het voorstel is om, ingevolge de massale toestroom in de EU van ontheemde personen uit Oekraïne, het recht op een inkomensgarantie voor ouderen uit te breiden tot personen met een tijdelijke beschermingsstatus zoals vastgesteld bij besluit van de Raad van de Europese Unie.
Vandaag wordt dit recht enkel verleend aan pensioengerechtigde vluchtelingen en genieters van een subsidiaire beschermingsstatus zoals omschreven in de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Het is echter niet de ambitie van de regering om dit recht vandaag verder uit te breiden tot personen met een tijdelijke beschermingsstatus. De sociale bescherming van deze personen is geregeld via de toekenning van een equivalent leefloon. Dit equivalent leefloon biedt steun aan personen die niet voldoen aan de voorwaarden van een leefloon, maar zich wel in een vergelijkbare noodsituatie bevinden. Tijdelijke ontheemden uit Oekraïne hebben met andere woorden geen recht op een leefloon, maar wel op een equivalent leefloon. Zij worden dus via deze weg financieel beschermd.
Deel: